OZB in Schagen te hoog.

Persbericht / Onderwerp : Onroerendezaakbelasting (OZB) is in Nederland een belasting die door gemeenten wordt geheven van eigenaren en gebruikers van onroerende zaken. Is 9% OZB verhoging in Gemeente Schagen wel benodigd voor de uitvoering van het accommodatiebeleid?

PERSBERICHT

Datum                 :                        20 maart 2017

Op 27 februari 2017 heeft de VVD fractie Schagen schriftelijke vragen ingediend over de 9% verhoging van de OZB ten behoeve van de uitvoering van het accommodatiebeleid.

De VVD is überhaupt tegen de heffing van OZB, dus zeker tegen onnodige verhogingen hiervan. Indien noodzakelijk is een verhoging tot maximaal de inflatiecorrectie bespreekbaar voor de VVD. Omdat de 9%-verhoging een slepend conflict is, waarbij het college geen afdoende antwoorden op gestelde vragen van de VVD en ook andere fracties geeft, heeft de VVD schriftelijke vragen ingediend. Met antwoorden op deze vragen hoopt de VVD dat de discussie over noodzaak van deze 9%-verhoging in de bespreking van de begrotingskaders medio 2017 beter en juister wordt gevoerd.

 De VVD heeft de volgende overwegingen gemaakt.

·                    Gelden worden gereserveerd voor het accommodatiebeleid, door elders binnen het Sociaal domein budgetten vrij te maken en door een extra OZB-heffing van 9%;

·                    in de begroting 2016 is onder E Dekkingsplan 2016 vermeld "OZB 9% t.b.v. accommodatiebeleid";

·                    de VVD heeft op 23-11-2016 in de raadscommissie Bestuur (agendapunt 9) vragen gesteld over de 9% OZB heffing t.b.v. het accommodatiebeleid;

·                    In de raadscommissie Bestuur van 23-11-2016 heeft wethouder Van Dijk  aangegeven de vragen schriftelijk te beantwoorden;

·                    Wethouder Van Dijk heeft middels een memo op 28-11-2016 de raads- en commissieleden  geïnformeerd over de 9% OZB heffing. In deze memo geeft de wethouder aan dat de 9% OZB heffing niet het enige dekkingsmiddel voor het accommodatiebeleid is. Ook geeft de wethouder aan dat "De directe link met het accommodatiebeleid  er dan ook niet is";

·                    In de raadsvergadering van 13-11-2016 (agendapunt 18) heeft wethouder Blonk aangegeven dat die koppeling er wel is;

·                    In de raadscommissie Bestuur van 17-01-2017 heeft het CDA de memo van de wethouder Van Dijk  laten agenderen. In deze vergadering bevestigt wethouder Van Dijk weer wel de koppeling, dat hij er nog eens naar gaat kijken en hierover nog terug komt naar de raad.

 Op basis van deze overwegingen kan worden verondersteld dat,

·                     Wethouder Van Dijk geen inhoudelijk antwoord heeft gegeven op de door de VVD gestelde vragen, niet schriftelijk en niet mondeling;

·                    Tijdig inzicht hebben in het opbouwen van de reserve Accommodatiebeleid en inzicht hebben in toekomstige bestedingen uit deze reserve van belang is om de juiste kaders te stellen in het proces voor het opstellen van de begroting van 2018 en verder;

·                   Het verkrijgen van dit inzicht niet pas in juni moet plaatsvinden, zodat in juni de juiste discussie over de OZB-kaders kan worden gevoerd.

 Op basis van de bovenstaande overwegingen en veronderstellingen heeft de VVD het college gevraagd om voor 27 maart 2017 inzicht te geven in,

1.                  [BUDGET] hoeveel per begrotingsjaar er wordt gereserveerd en hoe de opbouw is van de jaarlijkse reservering uitgesplitst in herkomst (9% OZB en overige gelden uit het sociaal domein, zoals dit in de begroting 2016 is bepaald;

2.                  [BESTEDING] waarvoor er wordt gereserveerd, per accommodatie, per begrotingsjaar, incl. de daaraan gekoppelde ramingsbedragen (te noemen: bestedingsplan);

3.                  [KEUZES] de consequenties per besteding in het “bestedingsplan”, indien het budget niet of deels beschikbaar is, dan wel later beschikbaar is (een grotere spreiding in de tijd).