Column: Domweg gelukkig worden in Schagen?

In tijden van zogenaamde ‘boze burgers’ zou het prachtig zijn indien burgers gelukkig konden zijn. Laten we ons dat dus ten doel stellen, moeten de gemeentebestuurders in het Noordhollandse Schagen hebben gedacht: voortaan gaan we de burgers gelukkig maken. De wethouder van financiën kreeg ‘geluk’ aan zijn portefeuille toegevoegd, en er is door de gemeente een heuse projectleider ‘geluk’ aangesteld.

 

Wie kan daar nou tegen zijn? Denkend aan politici die het volk gelukkig maken zie ik echter beelden voor mij van juichende en lachende mensen die keurig in het gelid in kolonnes langs de op een hoog podium verheven leider van een of andere totalitaire staat marcheren. Van regimes die menen op zo’n manier te moeten tonen hoe gelukkig de politieke leiding de gewone mensen maakt, weet je één ding zeker: in dit land heerst diepe ellende. Achter de gemaakt blije gezichten gaat misschien de hoop schuil bij de grote leider in het gevlei te komen, maar in ieder geval bij alle burgers de angst voor de gevolgen als men niet hard genoeg heeft gejuicht.

 

Nu wil ik de brave wethouders in Schagen er geenszins van betichten dat zij zich als een Kim Jung-un of een Nicolás Maduro op een voetstuk wensen te plaatsen. Zonder enige twijfel zijn de bedoelingen in Schagen goed; en zijn de politici er lang niet zo verdorven als in Noord-Korea en Venezuela. Maar hoe hij de inwoners van Schagen eigenlijk gelukkig kon maken, wist ook de wethouder van ‘financiën en geluk’ desgevraagd niet te vertellen. Hij kondigde aan daar onderzoek naar te gaan doen.

 

Die moeite kan hij zich beter besparen. Want wat de ene mens gelukkig maakt, doet een ander niets of vindt die ander zelfs ronduit onaangenaam. De ene mens geniet van stilte, als hij geen enkel geluid hoort behalve misschien het ruisen van een enkel blad of het getsjilp van een vogel. De ander wordt van stilte hoogst onrustig, en begint onmiddellijk te praten of muziek te luisteren om maar van de stilte verlost te raken. Wat als hij dit doet in de buurt van de stilte-zoeker, deze laatste persoon weer ernstig zal verstoren. Zo kun je op tal van terreinen van het leven doorgaan. Mensen verschillen van elkaar, gelukkig, en dus verschillen ook hun ingrediënten van geluk.

 

Natuurlijk zijn er zaken waar heel veel mensen gelukkig van worden. Liefde is een voorbeeld, hoewel dit tevens een bron van onpeilbaar verdriet kan zijn, maar het geluk dat hierbij wordt ervaren is het gevolg van verliefdheid en niet van een poging gelukkig te worden. Het is bovendien een goed voorbeeld van een uiterst belangrijk gebeuren in een menselijk leven waar een overheid zich vooral zo ver mogelijk van moet houden.

 

Dát nu kan een overheid als het om menselijk geluk gaat in zijn algemeenheid het beste doen. Ruim twee eeuwen geleden, onder andere wijs geworden door de ervaringen met de Franse Revolutie, waarschuwde de liberale denker Benjamin Constant reeds voor politici die burgers geluk beloofden: ‘Zij zullen tegen ons zeggen: wat is tenslotte het doel van al jullie inspanningen, het motief achter al jullie werk, het object van al jullie hoop? Is dit niet geluk? Wel dan, laat het geluk aan ons over en wij zullen het jullie geven.’ Maar een overheid die gaat invullen wat geluk inhoudt, ontneemt burgers onvermijdelijk de vrijheid een leven naar eigen inzicht te leiden.

 

Daarom toonden Thomas Jefferson en de Founding Fathers van de Verenigde Staten zich veel wijzer toen zij in de Onafhankelijkheidsverklaring optekenden dat een overheid de burgers de ruimte diende laten voor leven, vrijheid en het najagen van geluk. De burgers zélf moesten dus hun eigen geluk kunnen najagen; je moest geen politici en ambtenaren hebben die het geluk van anderen – die burgers – gaan invullen.

 

De tv-rubriek ‘Nieuwsuur’ besteedde onlangs ook aandacht aan het onderwerp ‘Het geluk van de burger centraal in het beleid te Schagen’. Presentatrice Mariëlle Tweebeeke sloot het thema af met de luchtige opmerking: ‘allemaal op naar Schagen’. Ik woon er niet, maar hád ik er gewoond dan zou mijn reactie juist zijn: ‘wegwezen hier’. Aldus Patrick van Schie is historicus en directeur van de TeldersStichting en persoonlijk tekstschrijver voor onze min president. Deze column is eveneens verschenen op de website van het dagblad Trouw onder persoonlijke titel.


Note van Jonne van de Beek

Ik kan u als fractievoorzitter van de VVD verzekeren dat u niet hoeft te verhuizen uit schagen onder onze leiding komen na maart begrippen als dienstbaarheid efficiency en daadkracht weer keurig op de agenda van deze gemeente en zal de term geluk slechts persoonlijke invulling genieten in de harten van onze inwoners.